Een zeer interessante editie van de World Matchplay kende vandaag de laatste dag met de finale. Vele verrassingen zorgden voor een open toernooi, met uiteindelijk Gary Anderson en de ongeplaatste Dimitri van den Bergh als finalisten.
Debutant vs voormalig winnaar
Voor de eerste keer sinds 2006 haalde een debutant op de World Matchplay meteen de finale. James Wade versloeg toen onder andere Roland Scholten op weg naar de eindstrijd, waarin hij ruim verloor van Phil Taylor. Dimitri van den Bergh volgde hem deze editie op. Hij kreeg de taak om als debutant het toernooi te winnen, iets wat sinds de oprichting alleen logischerwijs in het eerste jaar gebeurde. Met Gary Anderson trof hij echter een voormalig winnaar van dit toernooi. De Schot speelde niet altijd geweldig in zijn eerste vier wedstrijden, maar op de belangrijkste momenten stond hij er toch. Op basis van de vorm van Van den Bergh en de klasse van Anderson beloofde het dan ook een mooie finale te gaan worden.
Zenuwachtig begin
Dat het hier om een finale ging viel aan beide mannen flink te zien. De spanning stond op beide gezichten en de eerste legs gingen met bibberende handen. Met een 20-darter hield Van den Bergh zijn eigen leg, Anderson stond nog op 78. Met een 17-darter reageerde de Schot. Zijn niveau ging langzaam omhoog en met een 80-finish en 15-darter plaatste hij de eerste break. Hij leek die te gaan verzilveren, maar op dubbel 4 schoot zijn pijl zo de 18 in. Van den Bergh profiteerde. De Belg hield daarna zijn eigen leg, waardoor hij toch met een voorsprong de pauze in ging.
Niveau gaat omhoog
Met een 17-darter kwam Anderson uit de pauze en zo bracht hij de stand weer op gelijke hoogte. Beide mannen leken er daarna langzaam in te komen. Het niveau ging langzaam omhoog, en Van den Bergh wist met een 15-darter zijn eigen leg te houden, waarna Anderson dit voorbeeld volgde. Met een 12-darter en 121-finish zorgde Van den Bergh daarna voor een beetje vuurwerk. Anderson zorgde er echter voor dat deze sessie met 3-2 naar hem ging, waardoor de stand bij de tweede onderbreking dus op 5-5 stond.
Tweede ‘big fish’ toernooi
Dat de mannen beter werden werd in de derde sessie snel duidelijk. Van den Bergh stond in zijn eigen leg na 12 pijlen op 32. Hij kreeg daarna drie pijlen op de dubbels, maar nadat hij deze miste kreeg hij een flink klap van Anderson. De Schot gooide 130 uit op dubbel 5 en pakte zo weer de voorsprong. ‘The Dreammaker’ liet echter snel zien dat hij net zo goed klappen uit kan delen. Met een 170-finish, met Anderson wachtend op 82, brak hij meteen terug. Een 17-darter leverde hem weer de voorsprong op. Anderson sloot aan met een 14-darter. Hij kreeg daarna vanaf 89 één pijl op de bull om met een voorsprong de onderbreking in te gaan. Deze ging mis, en Van den Bergh sloeg toe: 8-7 in zijn voordeel.
Van den Bergh versnelt
Van den Bergh had echt zijn niveau nu gevonden en zorgde er na de derde onderbreking voor dat er voor de eerste keer een gat van twee legs ontstond. Met een 13-darter brak hij Anderson. Zijn eigen leg hield hij daarna in 15 pijlen, waardoor hij langzaam weg liep bij de Schot. Anderson werd een grotere achterstand daarna bespaard. Van den Bergh miste namelijk één pijl op dubbel 18, waardoor Anderson de stand terug kon brengen naar 10-8. Hij kon echter geen versnelling vinden, waardoor Van den Bergh zijn leg makkelijk in 18 pijlen kon houden. Er kwam daarna zelfs nog een break aan. In 11-pijlen won Van den Bergh de leg van Anderson, waardoor hij deze sessie met 4-1 won en de stand op 12-8 zette.
Masterclass finishen
De 170-finish was al geweldig, maar Van den Bergh liet in de vijfde sessies nog veel meer mooie dingen zien. Achtereenvolgend gooide hij 124 en 132 uit op de bull, terwijl Anderson in beide legs onder de 60 stond na 12 pijlen. De Schot leek iets beter te gaan spelen maar toch kreeg hij weer klap op klap. Met een 18-darter hield Van den Bergh namelijk ook weer zijn eigen leg, waardoor hij op 15-8 kwam. Anderson mocht daarna eindelijk weer zijn eigen leg houden, dit deed hij met een 15-darter. Toch ging ook deze sessie weer met 4-1 naar de Belg, die zijn eigen leg hield in 16 pijlen.
Historie
Met een 13-darter liet Anderson zien nog steeds er in te geloven. Echter lieten een leg later zijn pijlen hem weer in de steek. Hij kreeg drie pijlen om een break terug te pakken, maar drie missers werden hem hier fataal. Van den Bergh pakte dit cadeautje mooi uit en kwam zo op matchpoint. De wedstrijd was binnen, en de zege kwam al in de volgende leg. Anderson miste hierin zelfs vier pijlen op de dubbel. Van den Bergh had aan één pijl op dubbel 16 genoeg. Voor het eerst sinds 1994 won zo een debutant, en na Larry Butler en Peter Evison werd hij de derde ongeplaatste speler die de World Matchplay won.
Gemiddeldes/Dubbelpercentages:
Dimitri van den Bergh: 98.31 / 45%
Gary Anderson: 92.81 / 33,33%
